Een deel van de in Nederland geboden zorg is ondoelmatig. Dat stelt hoogleraar huisartsgeneeskunde Henriëtte van der Horst in het Reformatorisch Dagblad. Volgens haar zorgt het huidige systeem ervoor dat het meer loont om snel iets voor te schrijven dan de klachten even op hun beloop te laten.
‘Het systeem is veel meer ingericht op toegeven. Dat is echt een weeffout, want voor een patiënt betekent toegeven de bevestiging dat het toch maar goed was dat hij heeft doorgezet. Dat bijvoorbeeld een kriebelhoest vanzelf stopt, maar dat de patiënt denkt dat het komt door het door hem gevraagde antibioticum of een ander voorgeschreven medicijn.’
Van der Horst is voorstander van een goede regiefunctie van de huisarts. Volgens haar heeft dat zeker een kostenbesparend effect. ‘De patiënt heeft geen recht op alles wat in de zorg te koop is, hij heeft recht op gepaste zorg’, zegt de hoogleraar tegen de krant. Ze ziet dat het nut heeft het gesprek met de patiënt aan te gaan, bijvoorbeeld over een overbodige second opinion. ‘Veel patiënten draaien vanzelf bij als je hun verkeerde veronderstellingen of hun onrealistische verwachtingspatronen hebt bijgesteld.’
Huisarts en tweede lijn
Van der Horst deelt de conclusie uit het rapport dat huisartsen beter geïnformeerd moeten worden door de tweede lijn. ‘Goede informatie-uitwisseling hoort nog meer dan nu een aandachtspunt te zijn’, zegt ze. Als voorbeeld noemt Van der Horst patiënten die te horen krijgen dat de huisarts op de hoogte wordt gesteld, terwijl dat bij het volgende bezoek aan de huisarts niet gebeurd blijkt te zijn.